De Frecciarossa van Trenitalia in Milaan
Van onze redactie
Iedereen die zich bezighoudt met het Italiaanse spoorwegsysteem is meestal verrast: in tegenstelling tot Duitsland heeft Italië een van de modernste en snelste hogesnelheidsnetten van Europa.
Terwijl mensen in Duitsland angstig naar het vertrekscherm staren, leunen Italiaanse treinreizigers achterover en ontspannen - er is ook een grote portie dolce vita op de rails. Italië is een van de pioniers op het gebied van hogesnelheidstreinen in Europa: treinen razen betrouwbaar door het land met snelheden tot 400 kilometer per uur. Het land investeert sinds de jaren 2000 fors in de uitbreiding van zijn hogesnelheidslijnen. De hogesnelheidstreinen worden geëxploiteerd door twee maatschappijen: "Le Frecce" van Trenitalia, de staatsspoorwegmaatschappij, en Italo, haar particuliere concurrent. De laatste rijdt op de routes van Milaan naar Salerno en van Turijn naar Venetië. De strakke treinen zijn visueel opvallend, maar bieden ook comfort aan de binnenkant - ruime zitplaatsen, stabiele Wi-Fi, airconditioning en vaak een restauratiewagon.
Van Milaan naar Napels in vier uur

Het belangrijkste netwerk loopt van Milaan naar Salerno en verbindt de belangrijkste steden van het land. Je kunt in vier en een half uur door het land reizen van Milaan naar Napels voor ongeveer 40 euro. Hoe vroeger je boekt, hoe goedkoper het ticket.
De route Rome-Napels duurt een goed uur in de sneltrein en kost net geen 20 euro, terwijl de reis van Florence naar Venetië iets meer dan twee uur duurt voor 25 euro. Italiaanse treinen zijn opmerkelijk stipt: de deuren sluiten één tot twee minuten voor vertrek, waardoor vertragingen aanzienlijk worden beperkt. Als je niet van metropool naar metropool reist, maar het Italiaanse platteland wilt ontdekken, moet je overstappen op een regionale trein - en dat is een ervaring op zich.
Regionaal treinavontuur in Italië

Niet elke trein in Italië is een hightech wonder. Als je naar kleinere steden reist of door meer afgelegen gebieden wilt reizen, kun je op een van de vele regionale treinen stappen - en een heel andere alledaagse treinervaring beleven. In tegenstelling tot de strak georganiseerde hogesnelheidsverbindingen zijn regionale treinen in Italië een klein avontuur. Ze stoppen op elk klein station en de wagons kunnen variëren van "gloednieuw met Wi-Fi" tot "historisch zonder airconditioning".
Het wordt vooral spannend in de zomer: sommige oudere modellen hebben geen werkende airconditioning, maar hebben in plaats daarvan een sauna-gevoel, inclusief plakkerige stoelen. Aan de andere kant zijn regionale treinen belachelijk goedkoop en heerlijk ongecompliceerd. Terwijl hogesnelheidstreinen gebonden zijn aan vaste zitplaatsreserveringen, is de regel in regionale treinen: instappen en gaan zitten waar er plaats is. Kaartjes zijn vaak meerdere uren geldig. Een echt hoogtepunt is de legendarische Circumvesuviana, die Napels verbindt met Pompeii en Sorrento. Een kaartje naar Pompeii kost 3,30 euro en de reis duurt een half uur. De trein is vaak vol, heet en lawaaierig - maar met een spectaculair uitzicht.